Sommige mensen kunnen heel goed niks doen, anderen moeten
constant bezig zijn. Ik hoor bij die laatste groep. Altijd moet ik wat te doen
hebben, en als ik niks toe doen heb, zorg ik er wel voor dat ik iets te doen
krijg. Op werk is dat een goede eigenschap, maar thuis… niet altijd.
Ik merkte de laatste tijd dat ik in het weekend vond dat ik
dingen moest doen. En dan zo veel mogelijk dingen in 2 dagen. Dit komt, naast
mijn ik-moet-dingen-doen-instelling, ook door het feit dat ik van 24u naar 40u
werken in de week ben gegaan. Als ik vertrek naar werk is het donker en als ik
weer thuiskom is het donker. Zo voelt het alsof ik alleen ’s nachts thuis ben,
hoewel het beter wordt want toen ik vandaag thuiskwam was het nog niet pikkedonker!
Kiekjes vanuit het huis, lychees op de fruitschaal
Mijn weekenden zijn dus altijd gevuld met bezoekjes aan
familie, aan supermarkten, aan winkels in het algemeen, aan schoonmaken, aan
opruimen en noem het maar op. Prima, als je het verspreidt, maar vanaf het
moment dat we verhuisd zijn, zijn alle weekenden op die manier volgeboekt.
En sinds een week of 2 ben ik tot inkeer gekomen. Af en toe
niks doen is helemaal niet erg, het is juist erg fijn! Dat klinkt misschien
logisch voor jou, maar voor mij was het een openbaring. En stiekem is het nog
best moeilijk ook, niks doen. Want er zijn veel dingen die je lokken om tóch
iets te gaan doen. Denk bijvoorbeeld aan de sneeuw, aan familie die je al lang
niet hebt gezien en, niet de onbelangrijkste, de sale…!
Maar afgelopen weekend was het zo ver, ik deed helemaal
niks. ’t Vriendje had een mannenavond en was dus niet thuis van vrijdag op
zaterdag. In plaats van zaterdag ochtend vroeg op te staan en me naar de stad
te spoeden, zat ik op de bank en keek ik Gossip Girl. En in plaats van schoon
te maken, ruimde ik alleen de keuken een klein beetje op. Het was namelijk zo’n
bende dat je er niet meer in of uit kon, dankzij het arriveren van
het fornuis.
Ook toen ’t vriendje weer thuiskwam, zette het niets-doen zich voort. Hij is zo
iemand die wel rustig niks kan doen, dus ik kan het van hem leren. We hebben ’s
middags allebei computerspelletjes zitten doen. Meneer speelde Fifa, en ik,
heel old school, rollercoaster tycoon. Ik heb nog een klein rondje gewandeld,
wat foto’s gemaakt en toen weer naar huis. Pas ’s avonds gingen we iets doen,
even snel boodschappen.
De zondag hadden we grootse plannen. We wilde naar de
rommelmarkt in Den Bosch, we moesten thuis voetbal kijken, en ’s middags weer
naar Den Bosch voor de verjaardag van mijn omaatje. Maar midden in de nacht
kwam ik tot de conclusie dat het niks doen me wel was bevallen, en dat ik
zondag’s helemaal niet heen-en-weer-heen-en-weer van Breda naar Den Bosch
wilde. We hebben de rommelmarkt dus laten schieten (jammer maar helaas..
volgende keer beter!) en zijn pas ’s middags in de auto gestapt.
Nu ik er zo op terug kijk, heb ik een heerlijk weekend
gehad. Lekker niks doen kan echt geweldig zijn. Ik zou het zeker niet elk
weekend willen (of kunnen!) maar ik weet nu wel dat niks doen helemaal niet
suf, saai of verkeerd is. Het is juist heerlijk ontspannen, en ik ga het zeker
vaker zo rustig aan doen.